Lydia Peeters : "Eerste mijlpaal voor renovatieprogramma OverBruggen"
De Vlaamse overheid gaat met een private partner in zee om binnen de opdracht PPS Kunstwerken 49 vaste bruggen in Vlaanderen in één pakket versneld te renoveren.
Deze opdracht kadert binnen ’OverBruggen’ een programma opgezet door Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Lydia Peeters om het achterstallig onderhoud op vaste en beweegbare bruggen in Vlaanderen versneld weg te werken door in pakketten te renoveren, te vernieuwen of te moderniseren.
“Dit is een ambitieuze en ongeziene opdracht waarin we vanuit Vlaanderen ruim 300 miljoen euro investeren."
Heel wat bruggen in Vlaanderen dateren van de bouwpiek in de jaren 60 en 70 en zijn nu sterk verouderd. Onderhoudsachterstand, een sterk gestegen hoeveelheid verkeer én nieuwe eisen op vlak van veiligheid en technologie zorgen ervoor dat de komende jaren heel wat bruggen in Vlaanderen structureel een grondige make-over krijgen. Ook onze buurlanden worden geconfronteerd met een uitdagende onderhoudsopgave van alle bestaande infrastructuur.
Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Lydia Peeters: “Aan het begin van deze legislatuur werden we geconfronteerd met grote uitdagingen wat betreft onze bruggen in Vlaanderen. We maakten niet alleen meer middelen vrij voor de renovatie en vernieuwing van bruggen, maar zochten ook naar een passende formule om samen met de privésector een versnelling hoger te kunnen schakelen om de achterstand weg te werken. Op mijn vraag is het Departement Mobiliteit en Openbare Werken op zoek gegaan naar een geschikte partner om in een publiek-private samenwerking 49 vaste bruggen in Vlaanderen te moderniseren en veiliger maken. Deze samenwerking maakt het mogelijk om de expertises van de publieke en private sector te bundelen en deze bruggen op grote schaal snel én kwaliteitsvol te renoveren. Met een duidelijke langetermijnvisie op onderhoud staat een PPS garant dat we weer jaren kunnen vertrouwen op onze bruggen.”
Publiek-private samenwerking
De Vlaamse overheid heeft een consortium van aannemers gekozen om de 49 bruggen te ontwerpen, te bouwen, onderhouden en te financieren. Het Departement Mobiliteit en Openbare Werken coördineert samen met het Agentschap Wegen en Verkeer en De Vlaamse Waterweg nv deze opdracht en zal samen met een aannemer 49 vaste bruggen over heel Vlaanderen vernieuwen. Bovendien is hetzelfde aannemersconsortium ook verantwoordelijk voor het onderhoud en de kwaliteit van de infrastructuur gedurende de eerste 30 jaar na de bouw.
Efficiënte en versnelde samenwerking
Er zijn meerdere redenen waarom de Vlaamse overheid kiest voor een publiek-private samenwerking.
”Deze aanpak maakt grootschalige renovatieprojecten beter beheersbaar. In plaats van 49 verschillende opdrachten uit te schrijven en te beheren, zullen de programma’s van eisen, risicobeheer, technische vereisten en ontwerparchitectuur gestructureerd worden aangepakt in één samenwerkingsverband. Dat verhoogt niet alleen de efficiëntie van de werken, maar laat ons ook toe om de werken veel sneller en in logische bundels uit te voeren. In 2025 zullen de eerste omgevingsvergunningen aangevraagd worden. Het is de ambitie om de eerste werken al in 2026 te laten starten. Als de werken volgens plan verlopen, zullen alle werken afgerond zijn eind 2030”, aldus minister Peeters.
De omvangrijke schaal van het project zorgt ervoor dat de Vlaamse overheid en de aannemers hun expertise en capaciteit kunnen bundelen. Alleen door intens samen te werken kunnen ze deze 49 bruggen tijdig vernieuwen. De overheid heeft daarom gekozen voor een uniek samenwerkingsmodel: de tweefasenaanpak. Het is een innovatieve aanpak, waarbij aannemer en opdrachtgever samen ontwerpen en daarna de uitvoering door de aannemer start. Daardoor kan de expertise van de bouwsector al van in het begin benut worden.
In de ontwerpfase werken beide partners intensief samen om tot een efficiënt ontwerp te komen van de 49 bruggen. De nieuwe bruggen moeten toekomstbestendig zijn en voldoen aan nieuwe eisen, terwijl ze een oude brug vervangen in een lokale context met tal van beperkingen. Met de gebundelde kennis van lokale stakeholders, de aannemer en de overheid is het de bedoeling om in deze ontwerpfase tot het meest optimale ontwerp te komen. Vervolgens start de fase van realisatie en onderhoud, waarbij de private partner autonomie krijgt om dit zo efficiënt mogelijk en met beperkte hinder te organiseren. Zo brengt iedere partij zijn expertise aan tafel, lopen zowel overheid als aannemer minder risico op vechtcontracten en krijgt de belastingbetaler waar voor zijn geld.
Overzicht van de bruggen
De 49 bruggen worden beheerd door het Agentschap Wegen en Verkeer en De Vlaamse Waterweg nv.